Internationale samenwerking

Op deze pagina gaat het over ontwikkelingshulp. Internationale samenwerking zou een betere term kunnen zijn. Lees er meer over in het artikel "van ontwikkelingshulp naar internationalisering". 

We besteden ruime aandacht aan de discussie rond de "kleine particuliere initiatieven", ook wel de "vierde pijler" genoemd. Het laatste woord is hierover nog niet gezegd.

Dag van de vierde pijler
We beginnen met enkele kleine stukjes die iets vertellen over sfeer en verhoudingen in de internationale relaties. Hoe we elkaar zien en bejegenen is het vertrekpunt van internationale samenwerking. Daar zit het vaak al fout. Maar het kan er ook heel positief aan toe gaan! 

Sfeer en verhoudingen 

Evergreen. Afrika als stortplaats.
Nog tot 14 september: Loopgraven in Afrika. 1914-1918.
Afrikaanse kinderen snellen Amerikaanse kinderen te hulp 
Where the hell is Matt? 

Het tweede luik waagt zich aan discussies over ontwikkelingshulp. Een betere term is 'internationale samenwerking'.


Luik drie bespreekt actoren. Eigenlijk gaat het hier vooral over 11.11.11., NGO en koepel tegelijkertijd! Enkele staaltjes van marketing van NGO's passeren de revue.

Actoren
11.11.11 in pocket formaat
Zeven cijfer bedragen in de boekhouding van 11.11.11
11.11.11 beledigt Afrikaan
Koppelverkoop bij 11.11.11.
Broederlijk Delen start met haar jaarlijkse vastencampagne

Na de derde pijler -de NGO's-komen we bij de vierde pijler: de kleine particuliere initiatieven. Hier hoort The village thuis. Ik ga dieper in op de eigenheid van vierde pijlers en op de toekomst van de vierde pijler. Tot slot krijgen enkele collega vierde pijlers een eresaluut.

Vierde pijler
Derde en vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking: partners of concurrenten?
De eigenheid van particuliere vierde pijler initiatieven
Jouw kleine 4de pijler en het grote 11.11.11 Een proeve van antwoord op de toekomst-vragen van het 4de pijler panel.
Vierde pijlers
Het Doetertoe: een vierde pijler initiatief voor kinderen met een handicap
De droom van Linda Balcaen


Sfeer en verhoudingen

Fietsen zonder zadel, verroeste braadpannen, porselein met barsten, Messiah boeken, reisbedjes, door gezinsplanners afgedankte buggy’s, pluchen kerstmannen, Mickey Mouse kopjes, DVD’s with neverendingstories, warning “infants can suffocate” spullen, een afgedankte Quickie rolstoel, fitness toestellen –een verkoopster loopt er eentje in-, rugzakjes, sportsloefen, synthezisers, steackmessen naast Epson-printers, Panasonic en rinkelende thermoskannen, platte basketballen, everything you see is just for sale, kookpotten met één arm, Vrtech Turn and Learn Driver, kinder-supermarkt kassa’s, beertjes met wollen mutsen, geaccidenteerde kinderauto’s, motorhelmen, autoradio’s, wasbakken, waterketels met fluit, wasmachines, ijzers voor gewichtheffers, schoenen in alle maten, ook met hoge hakken, ook om te voetballen, krukken, matrassen, afval, stijlmeubelen, kroonluchters, VOGUE 100 looks 100% American, keukenklokken, grappig ogende aapjes, een trouwkleed, regenschermen, was-rekjes, grasmaaiers, een mis-orgel, hoge druk reinigers, drumstellen, vervallen blusapparaten, tapijten, kilometers kabel, het is allemaal uitgebraakt in Europa en hier op een grasveldje in Kampala aanbeland in een Evergreen container...

P.S. Ironisch genoeg is de slogan van Evergreen Marine Corp. "Guarding our green earth"!


Nog tot 14 september: Loopgraven in Afrika. 1914-1918.


Venetiaanse Gaanderijen in Oostende

Nog tot 14 september kan je in de Venetiaanse Gaanderijen in Oostende (vlak bij het Casino) gaan kijken naar de tentoonstelling Loopgraven in Afrika 1914-1918.

Je ziet er dat de Grote Oorlog zich niet enkel afspeelde aan de IJzer en de Somme maar ook diep in Afrika. België koos er voor geen koloniale troepen in Europa in te zetten maar ze te gebruiken om zijn koloniale belangen –de exploitatie van de Congolese bodemschatten- te vrijwaren. De koloniale troepen trokken ten strijde tegen de Duitsers in Rwanda, Burundi en Tanzania. Dit leverde ons land na de oorlog het gezag over Rwanda en Burundi op alsook belangrijke handelsprivileges in de Tanzaniaanse havens.

Deze vergeten oorlog die vooral Congolese levens kostte wordt door historicus Lucas Catherine op een bevattelijke wijze uit de doeken gedaan en getoond aan de hand van uniek fotomateriaal.

Dagelijks open van 14 tot 18 uur en op zondag van 10 tot 12 uur en van 14 tot 18 uur. Kusttram: halte Koninginnelaan. Toegangsprijs 4 Euro of 2 Euro met reductie.

Afrikaanse kinderen snellen Amerikaanse kinderen te hulp

Even mijn beste Italiaans boven halen. Ik denk dat er staat: 
-de kinderen in Amerika moeten 8 uren blijven zitten in de klas, ze drogeren ze (geven hen medicatie) als ze teveel bewegen of als ze lawaai maken en hun voornaamste ontspanning is de televisie!
-maar dat is erg! We moeten iets doen om hen te helpen...

Where the hell is Matt? 

Mijn zus Lizie stuurde me de link naar Where the hell is Matt? Ja, dat vroeg ik me ook al een tijdje af. Hier is hij:  Where the hell is Matt? Message 2013!

Visie 
Van ontwikkelingshulp naar internationalisering 
Marcus Leroy Heeft ontwikkelingshulp zijn tijd gehad? MO-paper nr.58 oktober 2011

Ontwikkelingshulp onder druk

Ontwikkelingshulp staat onder druk door allerlei evoluties. Er zijn nieuwe verhoudingen (b.v. de nieuwe grote economieën), er zijn nieuwe wereldkwesties (b.v. het milieu), er zijn nieuwe actoren (b.v. geldstromen op gang gebracht door migranten), er is druk op de overheidsbudgetten (er wordt bespaard op ontwikkelingssamenwerking) en er wordt sceptisch gekeken naar ontwikkelingssamenwerking.

De traditionele ontwikkelingshulp reageert corporatistisch op die evoluties. Ze wil de hele ontwikkelingsagenda naar zich toe trekken (zie de millenniumdoelstellingen en de tijd loopt), nieuwe thema’s naar zich toe halen, ook al heeft ze er de know how niet voor (b.v. de klimaatagenda), ze schiet op nieuwe actoren (b.v. de particuliere initiatieven, de zogenaamde vierde pijler, moeten het ontgelden) en ze voelt zich veel belangrijker dan ooit te verantwoorden valt op grond van haar eigen activiteiten.

De traditionele ontwikkelingshulp kan moeilijk anders reageren, want ze zit vast in haar eigen logica, de donorlogica. Ze overleeft zichzelf. Internationale inspanningen voor menselijke ontwikkeling, meer billijkheid en gelijkheid blijven noodzakelijk, maar moeten gebeuren vanuit een andere logica. Leroy stelt als alternatief de actorlogica voor. Wat dat betekent zullen we verder zien.

De nefaste donorlogica

De traditionele hulp gebeurt vanuit een eenzijdige donorlogica. Ontwikkelingssamenwerking wordt gelijkgesteld met het overdragen van geld, het bereiken van de 0,7% norm, dit alles via een aparte bedrijfstak, de aid industry, met vermenigvuldiging van activiteiten en het behalen van cijfers, in één woord: donorlogica. Een logica die haast alleen oog heeft voor de inputzijde en de ontwikkelingshulp in een aparte koker plaatst. Terwijl de impact, de ontwikkelingsrelevantie, dikwijls geheel onduidelijk is.

Traditionele ontwikkelingshulp zit conceptueel fout (donorlogica), loopt vast in bestedingsdruk, dadendrang en de onvatbaarheid van haar resultaten.

De actorlogica als alternatief

Leroy verandert het geweer van schouder. Hij wil ontwikkelingshulp achterwege laten en vervangen door het actief nastreven van internationalisering. Het doel is niet langer ontwikkeling, maar samenwerking, uitwisseling en confrontatie van ideeën. Op basis van gelijkheid. Het opbouwen van relaties zoals dat nu gebeurt tussen ‘ontwikkelde landen’. De relaties bestrijken alle velden van het maatschappelijk leven en zijn het werk van een ontelbaar aantal ‘actoren’. Actoren die een expertise hebben in een bepaald domein (b.v. hogelscholen; ziekenfondsen;…) en hierover uitwisselen met hun buitenlandse partner. Ontwikkelingshulp verdwijnt als sector. We krijgen een ‘vervierdepijlering’ van onze relaties met partnerlanden. Meer taken komen terecht bij de civiele samenleving. De overheid vervult vooral een stimulerende rol in internationalisering.

Gemeenten verleggen grenzen... 
De provincies en 11.11.11 organiseerden ontmoetings- en introductiedagen voor de nieuwe schepenen van ontwikkelingssamenwerking, de gemeentelijke ambtenaren ontwikkelingssamenwerking en de leden van de gemeentelijke raden voor ontwikkelingssamenwerking. Als kandidaat lid voor de GROS van Laarne gingen we een kijkje nemen op de Oost-Vlaamse dag die doorging onder de titel: 'Gemeenten verleggen grenzen… Tijd voor gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking.' We namen deel aan de ronde-tafels over 1) de GROS als volwaardige partner van het lokaal bestuur en 2) stedenband. Lees een kort verslag op onze pagina Gemeentelijke samenwerking.

Debat over fairtrade in Wetteren



Aantal aanwezigen zonder de sprekers: 19 personen, uw dienaar inbegrepen. Bij de rondvraag van de moderator blijkt dat zowat alle aanwezigen actief zijn in het fairtrade gebeuren. Het doel van de avond verschuift daardoor van het verstrekken van basisinformatie naar het voeren van een debat.




Panel: Jan Boulogne directeur UNIZO-Vorming, Geert De Pelsmacker ceo Koffie Degroof, Karlien Wouters, Stakeholder and policy manager Max Havelaar, Stefaan Segaert Vormingplus (moderator)

Mevr. Wouters van Max Havelaar geeft de inleiding. Max Havelaar is een label of keurmerk; het is geen merk. Het label staat voor produceren volgens fairtrade standaarden. Die standaarden worden gecontroleerd. Producenten krijgen een eerlijke prijs, de garantie van een minimum prijs, voorfinanciering van hun activiteiten en langdurige contracten. Bovenop komt een premie die gebruikt kan worden voor investeringen in het productieapparaat b.v. het bouwen van een kabelbaan voor transport van bananen, of investeringen in de gemeenschap, b.v. het opzetten van faciliteiten voor gezondheidszorg of educatieve activiteiten. De slogan van Max Havelaar is: trade, not aid.

Oxfam Wereldwinkels heeft Max Havelaar gelanceerd in 1988. Internationaal is Fairtraide uitgegroeid tot een grote organisatie.

Koffie Degroof koopt fair trade ruwe koffie aan. Volgens Geert De Pelsmacker van Koffie Degroof raakt het Fairtrade-Max Havelaar-label moeilijk van de grond. Hij linkt fairtrade aan gemeentebesturen. “Louis Tobback vroeg een fair trade koffie voor Leuven en zo zijn we er mee begonnen.”

Jan Boulogne van UNIZO stelt vast dat er verschrikkelijk veel labels zijn. Een label is volgens hem een substituut van het vertrouwen dat vroeger voortvloeide uit een directe relatie tussen producent en consument. UNIZO ziet de dingen anders: ze werkt vanuit een visie van lokale economische ontwikkeling en promoot duurzaamheidsrapportering. Het adagio van een producent moet zijn: “Je mag weten hoe we werken”.

UNIZO is in de NGO-wereld gelinkt met Trias. Trias werkt aan het zelfdragend maken van een economisch systeem. Daarbij is voor zijn eigen land, regio kunnen produceren –en niet alleen voor export- ook belangrijk. Evenals zelf producten kunnen verwerken. Hiermee is meteen aangegeven dat FT niet het enige model van internationale samenwerking is.



In onze ogen heeft fairtrade een relatief succes omdat het vrij simpel uit te leggen is, concreet is en gemakkelijk. FT steunt ook op een zeer aanzienlijk marketingbudget (dat mee opgehoest wordt door verpakkers als Degroof). 


Actoren



11.11.11 in pocket formaat 
De naam 11.11.11.
11.11.11 verwijst naar het einde van de eerste wereldoorlog. Op 11 november (de elfde maand) om 11 uur ging het staakt het vuren in. Op 11 november 1966 om 11u gingen dan weer de vrijwilligers op stap voor de eerste 11.11.11 campagne.
Wat is 11.11.11?
11.11.11 staat zowel voor de koepel van de Vlaamse Noord-Zuid-organisaties als voor de grootste pluralistische campagne m.b.t. Noord-Zuid die jaarlijks op 11 november wordt gehouden.
Wie is 11.11.11.?
11.11.11 heeft 340 gemeentelijke comités, kan rekenen op 20.000 vrijwilligers en telt verder een 70-tal lid-organisaties, waaronder een reeks grote NGO’s zoals Broederlijk Delen, Caritas, Oxfam, Vredeseilanden maar ook belangrijke organisaties uit het middenveld als ACV, Gezinsbond om maar wat voorbeelden te noemen.
Visie en missie van 11.11.11
In de werking van 11.11.11 zitten er 3 accenten (missie): de politieke werking, de bewustmaking van de Vlaming in verband met Noord-Zuid en de financiering van partners in het Noorden en Zuiden. 11.11.11 stimuleert de samenwerking tussen iedereen die bij N-Z betrokken is. De visie van 11.11.11 is dat ontwikkeling een recht is voor iedereen.
Politieke actie
11.11.11 heeft volgt het Belgisch ontwikkelingsbeleid op. Een belangrijke politieke eis van 11.11.11, die dezer dagen serieus in het gedrang lijkt te komen, is het besteden van 0,7 % van het BNP aan ontwikkelingshulp. 11.11.11 besteedt ook aandacht aan de kwaliteit en de coherentie van het beleid. En 11.11.11 kijkt ook naar het Europees ontwikkelingsbeleid.
Campagne
De jaarlijkse sensibiliserings-campagnes van 11.11.11 zijn bij bijna iedereen bekend. De thema’s van het voorbije decennium waren: 2012, 2011: klimaat; 2010: Afrika; 2008, 2009: waardig werk; 2006, 2007: handel; 2005: Millenniumdoelstellingen. De campagne voor 2013 wordt Anders gaan boeren, anders gaan eten.
Daarmee hebben we de voornaamste thema’s van 11.11.11 aangeraakt, die ook aan bod komen in de voorstellingsstand van 11.11.11: gooi mee tegen onrecht. Hier onder vind je de 6 thema’s, de 6 onrechten die je kan omver gooien: tevoorschijn komen 6 oplossingen, 6 wijzen waarop je jezelf kan engageren om het onrecht de wereld uit te helpen.
Op een rijtje:
-klimaat. Te veel Co2-uitstoot. Verklein je ecologische voetafdruk.
-handel. Oneerlijke concurrentie. Doe mee aan de 11.11.11-acties.
-natuurlijke rijkdommen. Roofbouw. Steun onze partners.
-mensenrechten. Uitbuiting. Steun onze partner
-voedsel/landbouw. Honger is een onrecht. Steun onze partners.
-financiële herverdeling. Financiële speculatie. I like Robinhood-taks.
Migratie is ook nog een thema waar 11.11.11 een mening over heeft. 11.11.11 houdt die reeks thema’s actueel via persberichten en diept ze uit in 11.dossiers.
Bewustmaking
11.11.11 streeft bewustmaking rond deze thema’s na. 11.11.11 heeft een ruim educatief aanbod met spelen en dossiers voor basis- en secundair onderwijs, tentoonstellingen, films en documentaires, theater, decoratie- en animatiemateriaal, leestips…
Zuidwerking
11.11.11 is actief in het Zuiden , onder andere in DR Congo, Burundi en Rwanda. Verder in een drietal landen in Azië en Latijns-Amerika en in Haïti. Met de partners wordt gewerkt rond de hiervoor besproken thema’s van 11.11.11
Opbrengst campagne 2011
In het campagnejaar 2011 haalde 11.11.11 een kleine zes miljoen euro binnen. De voornaamste bronnen zijn: gemeentelijke actie (waarin begrepen de straatactie) ongeveer 2 miljoen, gemeentelijke toelagen rond 1 miljoen, bijdragen vaste schenkers grootte orde 1 miljoen en mailings ook 1 miljoen. Kleinere bronnen zijn provincies -200.000-, legaten -100.000- enz.
Verdeling opbrengst campagne 2011
16% van de opbrengst gaat op in kosten. Van de netto-opbrengst gaat –plus minus/orde van grootte- de helft of 2,5 miljoen naar de lidorganisaties en samenwerkingsverbanden, een ruim kwart of ruim 1 miljoen naar educatie en studiewerk voor beleidsbeïnvloeding en het laatste kwart gaat naar de partnerorganisaties in het Zuiden.

Naast inkomsten uit fondsenwerving en merchandising (eerder beperkt) heeft 11.11.11 ook andere opbrengsten, vooral federale subsidies.

Bijdragen aan 11.11.11
Wil je bijdragen aan de realisaties van 11.11.11? Dat kan langs verschillende wegen: schenk online; doe een gift; koop een product; een maandelijkse bijdrage; feest; testament.

Meer uitgebreide informatie op de website van 11.11.11 www.11.be/11


Zeven cijfer bedragen in de boekhouding van 11.11.1
Cijfers kunnen op allerlei manieren worden voorgesteld. In ons overzicht ’11.11.11 in pocket formaat’ ging het om de campagne-versie van 11.11.11 Kijken we naar de volledige versie dan zien we dat 11.11.11 ruim twee keer zo groot is en als voornaamste inkomstenbron subsidies heeft. De grootste uitgavenpost is personeel.

Een eenvoudige lectuur van de balans van 11.11.11 –we beperken ons tot de zeven cijfer bedragen, maar daardoor gaat niet veel informatie verloren- geeft ons het volgende beeld:
bij de kosten – in totaal 14,7 miljoen - spannen de personeelskosten de kroon met ruim 4,5 miljoen Euro. De werkingskosten bedragen ruim 2 miljoen. Naar de ledenorganisaties in het Noorden gaat 2,5 miljoen en naar de partners van 11.11.11 in het Zuiden een kleine 3 miljoen Euro. Dan vinden we nog een kleine 2 miljoen ‘doorgestorte subsidies’, waarbij in het commentaar wordt verwezen naar het Haïti-project.

Aan de inkomstenzijde vinden we ruim 8 miljoen Euro subsidies en 5,5 miljoen fondsenwerving. Subsidies komen vooral van de Belgische nationale overheid.


11.11.11 beledigt Afrikaan
Dat is wat er werd afgesproken tussen 11.11.11 en Bart Cannaerts om de klimaatverandering-campagne van 11.11.11 niet ongemerkt te laten voorbij gaan. Vind jij dat leuk?

Klik op de link als je wil zien wat er geënsceneerd werd "voor het goede doel":
video de klimaatsverandering 11.11.11 Bart Cannaerts

Koppelverkoop bij 11.11.11.



Op 27 mei nam The village als lid van de GROS Laarne deel aan een regionale uitwisseling 'Lokale ontwikkelingssamenwerking tot in 2019!' in het Toreken in Gent. Het thema was de integratie van ontwikkelingssamenwerking in de nieuwe meerjarenplanning van de gemeenten. Uitgenodigd waren GROS-leden van Oost-Vlaamse gemeenten. De begeleiding was in handen van Ann Martens, ondersteuner lokaal Noord-Zuidbeleid Oost-Vlaanderen.

Een 18-tal deelnemers van een 10-tal gemeenten kwamen opdagen voor de uitwisseling (er waren nog 2 andere uitwisselings-momenten en -plaatsen voorzien, Aalst en Aalter) . Op het programma stonden (1) een kennismaking met andere GROSSEN, (2) een doorlichting van de werking van de GROSSEN en (3) de stand van zaken m.b.t. de integratie van ontwikkelingssamenwerking in de beheers- en beleidscyclus (BBC) en meerjarenplanning (MJP) van de gemeente.

Het was best interessant kennis te maken met de leden van andere GROSSEN en de verhalen te horen over hoe de GROSSEN in de verschillende gemeenten werken. Uit wat we opvingen van andere aanwezigen bleek dat ze dezelfde mening waren toegedaan, maar dat ze al even stomverbaasd vaststelden dat het cruciale thema, de stand van zaken m.b.t. de meerjarenplannen van de gemeenten, helemaal niet aan bod kwam.

Hoe dat kwam? De tijd was op, want een aantal mensen werden verwacht op het 11.11.11-campagnemoment ‘Start to Cook’ dat op dezelfde locatie was gepland. De deelnemers aan de uitwisseling waren bij het binnenkomen uitgenodigd om ook deel te nemen aan dit 11.11.11-evenement. Ze kregen al meteen het symbooltje van de wortel-, selder- of bloemkoolgroep opgespeld…

Wat wilde 11.11.11 ons nog verkopen? Het campagnemoment ‘Start to Cook’ had de gebruikelijke 11.11.11-snit: “vecht mee tegen onrecht”. Het motto van de campagne wordt “Ik kook van woede. Er is genoeg voedsel en toch is er honger.”

Eerst krijgen we een gloednieuw promotiefilmpje van 11.11.11 te zien. We voelen ons vereerd met deze primeur. Volgt een video-boodschap van ‘onze’ VN-rapporteur (toch niet de eerste de beste): “recht op voedsel”. Vervolgens wordt alles nog eens ‘extra onderbouwd’ door de medewerker aan het 11.11.11-dossier “Omdat honger een onrecht is.” Daar kan je niet meer rond. Ik ben nu zeer verontwaardigd! Ik kook van woede eigenlijk. Nu is het tijd voor het inoefenen: Joke leert ons koken van woede. Ze vertelt in detail wat er de komende maanden allemaal gaat komen en hoe we mee kunnen doen. Na de pauze zijn er workshops in het genre “laat je buurt overkoken”… Enz.
 
Broederlijk Delen start met haar jaarlijkse vastencampagne
Vastencampagne Broederlijk Delen 2013: stop de honger in Noord-Oeganda.


Campagneaffiche Broederlijk Delen 2013

Broederlijk Delen is één van de grote Vlaamse niet gouvernementele organisaties voor ontwikkelingssamenwerking (NGO). De vzw is een organisatie van de Vlaamse Kerkgemeenschap. De vereniging werd opgericht in 1961: de dreigende hongerdood van de verdreven Balubabevolking in Kasaï, Congo, was de aanleiding tot de eerste vastenactie.

Broederlijk Delen telt een zeventigtal medewerkers en ruim 5000 vrijwilligers in Vlaanderen. Broederlijk Delen heeft als slogan ‘Omdat het Zuiden plannen heeft’, maar het zendt ook tientallen coöperanten uit naar 13 landen in het Zuiden, waaronder Congo, Rwanda en Burundi, alsook het campagneland voor dit jaar: Oeganda.


Deze foto heb ik gemaakt in het binnenland van Rwanda

De campagne 2013 is ‘Geef Molly een kans… en stop de honger’. Broederlijk Delen wil met het ingezamelde geld Oegandese partners steunen die de landbouw en veeteelt in het Noorden van Oeganda opnieuw op gang willen trekken. Het voegt zich daardoor bij de talrijke internationale NGO’s die het door instabiliteit verachterde Noorden van Oeganda opnieuw vooruit willen helpen (81% van de Oegandezen die voedsel-onzeker zijn woont volgens de campagne in Noord-Oeganda).


Jakob krijgt een kip van een Oegandese boer

De campagne loopt dit jaar van 13 februari tot 31 maart. Deze campagne wordt professioneel aangestuurd met lanceerdagen en een pers-reis Oeganda, maar ze is ook heel laagdrempelig voor wie zich zelf wil inzetten. Op de website http://www.broederlijkdelen.be vind je er alles over. Hoe je kan deelnemen als individu, als vereniging, als leerkracht, als horeca-zaak… Er zijn talrijke formules: een solidariteitsmaaltijd, de koffiestop (op vrijdag 22 februari), huis aan huis geldinzameling, een collecte tijdens een kerkdienst, kilometers voor het Zuiden,…

Allerlei campagnemateriaal –inspirerende teksten, vastenvieringen, een vastenkalender, het campagnelied, campagnelessen m.i.v. een glasheldere power point, campagne-affiches, enz.- zijn op aanvraag gratis te verkrijgen of gewoon te downloaden. Je krijgt ook tips over campagne voeren, tot een mini-cursus fondsen werven bij bedrijven toe. Theoretisch kan je dus in je eentje campagne voeren voor Broederlijk Delen. Meer voor de hand ligt misschien om lid te worden van een plaatselijke Broederlijk Delengroep. In Kalken wend je je hiervoor best tot pastoor Jozef François.

De folder van Kerk en Leven St.-Denijs Kalken schetst het programma Vastencampagne 2013 voor de parochie Kalken:
-woensdag 13/2 19u eucharistieviering met asoplegging;
-zondag 3/3: solidariteitsmaal in zaal Breughel, Kalkendorp 26, tussen 11.30 en 13.45 uur (inschrijven vóór 28/2);
-maandag 18/3: vastenbezinning met prof. Roger Burggraeve ‘Mensen van mededogen’;
-week 4-9 maart: huis-aan-huiscollecte (collecteomslag);
-weekend 23-24 maart: collecte in de kerk.

Vierde pijler
Derde en vierde pijler van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking: partners of concurrenten?
In het begin was de 3de pijler. Recent verrees de 4 de pijler. Wat zijn de kansen om samen te werken en wat bemoeilijkt de samenwerking? Om op die vraag te antwoorden moeten we eerst wat meer weten over beide pijlers.

De eigenheid van de vierde pijler

Aan de basis van de spectaculaire groei van de 4 de pijler ligt de internationalisering. Reizigers, stagiairs, vrijwilligers, werknemers, coöperanten: onderweg in het Zuiden zijn ze verkocht geraakt! Tegelijkertijd brengen de nieuwe communicatiemiddelen mensen uit Noord en Zuid dichter bij elkaar. Er wordt steeds meer uitgewisseld.

Talrijke mensen die in contact geweest zijn met het Zuiden willen iets doen voor meer billijkheid en gelijkheid. Auteur Develtere plakte de particuliere initiatieven het etiket ‘4 de pijler’ op (alles wat niet behoort tot de klassieke ontwikkelingssamenwerking). Daarmee was een zeer heterogene ‘4 de pijler’ als nieuwe entiteit geboren.

De eerste pijler (samenwerking van staat tot staat), de tweede pijler (samenwerking via internationale instellingen) en de derde pijler (erkende niet gouvernementele organisaties) vormen de klassieke ontwikkelingssamenwerking. Ze vormen een apart domein: de ontwikkelingssamenwerking. Ze zitten volgens analisten vast in de donorlogica, een logica die alleen oog heeft voor de inputzijde en ontwikkelingshulp in een aparte koker plaatst.

4 de pijler initiatieven vertrekken van instituties in het Noorden –b.v. een vakbond; een hogeschool- of van individuen met een bepaalde specialisatie of gevoeligheid –b.v. een leraar; een kinesitherapeut enz. Zij willen vanuit hun eigen achtergrond samenwerken met gelijkaardige partners in het Zuiden. Het gaat dan b.v. over vakbondssamenwerking, over academische samenwerking enz. Actoren die een expertise hebben in een bepaald domein doen aan uitwisseling met hun buitenlandse partner.

4 de pijler initiatieven geloven in het adagium van Godfried Bomans: “zelf harmonica spelen is een hogere bezigheid dan luisteren naar Bach”. 4 de pijler initiatieven hebben een aparte motivatie en situering, een eigen attitude ten opzichte van de partners en een eigen werkmethode: we zijn ondernemende wereldburgers. Onze organisatie is klein, maar we zijn onze eigen baas. We hebben respect voor de ervaringsdeskundigheid van onze partners in het Zuiden en werken vooral langs persoonlijk contact.


Wie omarmt wie en waarom?

Er is weinig onderzoek over de samenwerking tussen NGO’s en 4 de pijlers. De Bruyn & Huyse (2009) wijden er wel een hoofdstuk aan. Wat leren we daaruit? Dat er weinig samenwerking is, zeker als het over iets substantieels gaat en dat er weinig animo is voor meer samenwerking.

Mijn persoonlijke ervaring in deze is vrij beperkt, maar toch. Ik stelde b.v. vast dat nog al wat NGO’s contacten onderhouden met ex-medewerkers die gemeentelijke subsidies opvragen voor projecten van de NGO. De vrijwilligers verzorgen de public relations van de NGO. Ze zullen er b.v. voor zorgen dat er materiaal van de NGO geëxposeerd wordt tijdens de jaarlijkse 11.11.11-activiteit.

De NGO Caraes krijgt voor zijn projecten in Rwanda en Oost-Congo financiële steun van twee 4 de pijlers en van een kleine NGO die als enig doel heeft één van de centra van de Broeders van Liefde in Rwanda (financieel) te steunen.

In het voorgaande krijgt de NGO steun van de 4 de pijler. Het omgekeerde bestaat natuurlijk ook. PHOS is een kleine NGO die diensten verleent. Zo werd PHOS door het 4 de pijler steunpunt uitgenodigd om een inleiding te geven op een vormingsdag voor handicap-projecten uit de 4 de pijler.

Een Vlaamse hogeschool die een project wilde opzetten met een Rwandese hogeschool vroeg PHOS op te treden als partner in het project en de contacten met Rwandese actoren in het domein van handicap te faciliteren (PHOS was op dat ogenblik al enkele jaren actief in Rwanda).

Enkele studentinnen ergotherapie van de hogeschool liepen stage in een PHOS-project in Rwanda. De expatrié van PHOS trad op als co-begeleider van het eindwerk van één van de stagiaires. Hij werd ook aangezocht om in enkele examenjury’s te komen zitten. Tenslotte gaf een medewerkster van PHOS een workshop op de internationaal-dag van de hogeschool.

En hoe kijkt de 4de pijler naar 3de pijler? Zeer verschillend:

-er zijn 4de pijlers die de 3de pijler afwijzen en die stellen dat ze voor een andere vorm van internationale samenwerking staan;

-andere 4de pijlers willen graag samenwerken met een NGO, een partnerschap aangaan, maar ze willen niet teveel van hun autonomie opgeven;

-dan zijn er de 4de pijlers die steun –vorming, begeleiding,…- verwachten van grote broer 3de pijler;

-tenslotte zijn er de 4de pijlers die meespelen in het orkest van een NGO; ze verlenen hand- en spandiensten én zamelen fondsen in voor de NGO.

Enkele conclusies

Er zijn nogal wat punten die een samenwerking tussen de 3de en de 4 de pijler bemoeilijken. Belangrijke verschillen in benadering en cultuur maken samenwerking niet gemakkelijk. Toch kunnen een aantal NGO’s en 4 de pijler-initiatieven elkaar zeker vinden in een vruchtbare samenwerking.

Het is duidelijk dat er meer onderzoek nodig is over welke (types van) NGO’s en 4 de pijler initiatieven open staan voor samenwerking en wat de inhoud van de samenwerking kan zijn. Ook de bestaande relaties moeten beter in kaart worden gebracht. Er zijn nog te weinig objectieve gegevens beschikbaar.

We pleiten ook voor een voortzetting van het 4 de pijler steunpunt. Het is een bron van informatie voor zowel de 4 de als de 3de pijler en het stimuleert de contactname tussen beide groepen. Wel denken we dat 4 de pijlers progressief zelf een grotere rol moeten opnemen b.v. in vormingsdagen voor 4 de pijler initiatieven.

Een ander punt is dat lidmaatschap van een dienstverlenende 4 de pijler genre Leraars Zonder Grenzen een mooie tussenstap kan zijn op weg naar het opbouwen van een vertegenwoordiging in 11.11.11 resp. het uitbouwen van een 4 de pijler federatie.



De eigenheid van particuliere vierde pijler initiatieven 

Vierde pijler initiatieven geloven in het adagium van Godfried Bomans: “zelf harmonica spelen is een hogere bezigheid dan luisteren naar Bach”. Vierde pijler initiatieven hebben een aparte motivatie en situering, een eigen attitude ten opzichte van de partners en een eigen werkmethode:

-motivatie: we zijn ondernemende wereldburgers. We zijn globetrotters (ook virtueel); we hebben een mondiaal perspectief; in één woord: we zijn wereldburgers; we houden van nieuwe Belgen; we zijn ondernemers; we zijn zelf-verantwoordelijk; we willen iets doen; we zijn de dragers van een geweten (niet van een bureaucratie); we zijn dankbaar (dat we iets kunnen ondernemen, daar steun bij krijgen); we zijn open; persoonlijk contact is mogelijk; iedereen mag meedoen; hoe meer zielen…

-situering: we zijn klein en autonoom. We zijn kleine organisaties, vriendenkringen; we zijn lokaal b.v. we maken ons bekend in de lokale pers; subsidies vinden we voornamelijk bij de lagere overheden; we zijn autonoom: we zijn onze eigen baas; we kunnen zelf het tempo bepalen; we kunnen experimenteren; we hebben geen taboes; het merendeel van onze middelen is afkomstig uit eigen fondsenwerving (individuele giften; eigen activiteiten);

-attitude: we hebben respect voor onze partners. We hebben respect voor de lokale cultuur; we hebben respect voor de ervaringsdeskundigheid van de partners; we zien de partners als gelijken;

-methode: we werken via persoonlijk contact. Voorop staat persoonlijk engagement. We willen anderen (de school, de wijk, de parochie, een bedrijf, een sociale organisatie, een sportclub, de gemeente) betrekken en enthousiasmeren; we passen beter in het relationeel model van het Zuiden; we kunnen ons beter aanpassen aan de beginsituatie; we kunnen onze plannen beter aanpassen/bijsturen, zijn flexibel; we kunnen luisteren naar inbreng (cfr. gelijken); we waarderen lokale inbreng; we brengen iets van onszelf bij (eigen deskundigheid; eigen motivatie).


Jouw kleine 4de pijler en het grote 11.11.11 Een proeve van antwoord op de toekomst-vragen van het 4de pijler panel. 
Vorige maand kwam het 4de pijler panel voor de tweede keer bijeen. Het 4de pijler panel is te onderscheiden van het 4de pijler steunpunt. Het steunpunt is een project van de Vlaamse gemeenschap dat tegen subsidies uitgevoerd wordt door 11.11.11 Het 4de pijler panel is een initiatief van 11.11.11 zelf en beoogt de 4de pijlers binnen te loodsen in de structuren van 11.11.11

Op de open bijeenkomst van 21/06 ll. waren zo’n 18 4de pijlers aanwezig –in het 4de pijler steunpunt staan er ruim 500 geregistreerd en er zouden er meer dan 1000, soms spreekt men zelfs van meer dan 2000, zijn in Vlaanderen. Ondanks dit kleine aantal aanwezigen werden er belangrijke vragen opgeworpen over de toekomst van de 4de pijler. Ziehier een proeve van antwoord op die vragen.

1. Wat met naam, imago en zichtbaarheid van de 4de pijler?

4de pijler is geen geschikte naam om te gebruiken naar het grote publiek toe . Wij stellen voor naar het publiek toe een andere naam te gebruiken en meteen ook de 4de pijler beter te definiëren. We willen de 4de pijler liever niet zien als ‘iedereen die niet behoort tot de 1ste, 2de en 3de pijler.’ [1]

De ‘kleine particuliere initiatieven voor ontwikkelingssamenwerking’ of de ‘lokale initiatieven voor ontwikkelingssamenwerking’, die het gros van de vierde pijler vormen, zouden zich best als een aparte groep organiseren en zich niet laten besmetten door andere organisaties.

Onder ‘kleine particuliere initiatieven’ verstaan we organisaties voor ontwikkelingssamenwerking die niet bovenlokaal actief zijn resp. niet kleven aan een moederorganisatie die bovenlokaal actief is. Ze worden gedragen door vrijwilligers. Het ware ook nuttig een bovengrens qua budget af te spreken.

Eens op scherp staat dat we willen samenwerken tussen kleine particuliere initiatieven kunnen we zoeken naar een positieve naam: ‘vrijwilligers zonder grenzen’ bijvoorbeeld, maar het kan ook iets heel anders zijn.

2. Samenwerking en netwerking

Wij zijn voorstander van thematische samenwerking. Zelf is vzw The village lid van Leraars zonder Grenzen (LzG). LzG groepeert onderwijsprojecten.

We zien de volgende fasering:


•Klein particulier initiatief (KPI)P
Uw project
Uw vzw of feitelijke vereniging
•Thematische zonder Grenzen (TzG))
B.v. een onderwijsproject
Leraars zonder Grenzen
•Vrijwilligers zonder Grenzen (VzG)
De verzameling van Thematische zonder Grenzen / alle kleine particuliere initiatieven
Vrijwilligers zonder Grenzen

Samenwerking gaat gemakkelijker tussen 4de pijlers die eenzelfde thema bestrijken. Belangenverdediging ligt misschien beter op het volgende niveau, de federatie van de themaverenigingen.

Het leuke van dit schema is dat 4de pijlers klein mogen blijven, maar door zich te verenigen toch meer slagkracht krijgen!

3. Belangenverdediging / rol en functioneren van het 4de pijler panel

Logischerwijze gaat zo’n federatie van kleine particuliere initiatieven / vrijwilligers zonder grenzen (VzG) zijn eigen belangen verdedigen. Er kan dan nog altijd bekeken worden of ‘Vrijwilligers zonder Grenzen’ (VzG) deel wil uitmaken van 11.11.11. In principe wil VzG dit wel, maar het valt te bekijken onder welke voorwaarden. We moeten dan echt iets te zeggen krijgen binnen 11.11.11 In het verslag van de vergadering van 21/6 voel je zoals steeds het onbehagen van de 4de pijler met vragen rond representativiteit, vertegenwoordiging, besluitvorming,… en finaal waardering van de 4de pijler binnen de 11.11.11 omgeving. Er worden al enkele pistes voor verbetering aangegeven.

4. Fiscale attesten en subsidies

Fiscale attesten moeten kunnen via de ‘thematische zG’ of via de algemene ‘VzG’. Op dit ogenblik is Leraars zonder Grenzen b.v. erkend om fiscale attesten af te leveren voor de projecten die deel uitmaken van de vereniging.

Thematische zG’s zouden toegang moeten krijgen tot subsidies op de hogere echelons: Vlaanderen, België en Europa. Binnen kringen van 4de pijlers en ook bij een aantal waarnemers daar buiten leeft immers zeer sterk het idee dat het rendement van ‘kleine particuliere initiatieven’ per ingezette Euro veel groter is dan dat van NGO’s. Zo belanden we bij het laatste thema: kwaliteit.

5. Kwaliteit

Vanaf 2009 bestaat er een ondersteuning-cel voor de vierde pijler. Dit is een project gesubsidieerd door de Vlaamse overheid dat wordt uitgevoerd door 11.11.11 Deze ondersteuning-cel moet zo vlug mogelijk in handen komen van de 4de pijler zelf!

Kennis over de 4de pijler moet door de 4de pijler zelf worden verzameld! Begeleiding van de 4de pijler moet door de 4de pijler zelf worden beheerd. Expertise wordt dan opgebouwd binnen de 4de pijler zelf die –iedereen erkent het- een vorm van ontwikkelingssamenwerking is met eigen kenmerken en sterke punten.

Ons eigen (gesubsidieerde) steunpunt organiseren heeft ook het voordeel dat 4de pijlers niet langer als kneusjes of premature NGO-tjes worden behandeld, laat staan ‘part of the NGO-business’ worden. Vormingen worden dan niet langer afgeleid van het aanbod voor NGO’s maar krijgen een eigen invulling vanuit de 4de pijler.

Het komt de 4de pijler toe zelf na te denken over kwaliteitscriteria voor 4de pijlers, een beweging die ook binnen Leraars zonder Grenzen is gestart. Ik denk wel dat we het met elkaar eens zijn dat we daarom nog geen ‘techneuten’ hoeven te worden.

Tot slot

Zelf denk ik dat de 4de pijler zich eerst beter moet definiëren en organiseren vooraleer met 11.11.11 in zee te gaan. En dit houdt dus ook in dat we de instrumenten daarvoor –zoals het 4de pijler steunpunt- in eigen handen moeten nemen.

11.11.11 stoot vele 4de pijlers af. Symptomatisch is het optreden van 11.11.11 op lokaal vlak. Zo lezen we in het verslag van 21/6: “sommige gemeentelijke reglementen stellen dat je een bijdrage MOET –in kapitalen gezet door ons- leveren aan de 11.11.11 campagne om in aanmerking te komen voor subsidies.” En in mijn eigen gemeente “vallen GROS en 11.11.11-comité samen”, dixit de GROS.

Lokale ontwikkelingssamenwerking kan echter zoveel meer zijn dan animatie gericht op de ondersteuning van de 11.11.11.-campagne (finaal een fondsenwervingsevenement). Het kan ook zijn: bouwen aan zichtbare projecten in een rechtstreeks contact tussen burgers van hier en gemeenschappen in het Zuiden!

[1] De actoren van de ontwikkelingssamenwerking worden ingedeeld in vier groepen:

De 1ste pijler omvat de ontwikkelingssamenwerking die uitgaat van de overheid, ook wel gevat onder de term 'officiële' of 'bilaterale' ontwikkelingssamenwerking. Ook de gemeenschappen, provincies en gemeenten vallen hier onder.

De 2de pijler is de zogenaamde multilaterale ontwikkelingssamenwerking die uitgaat van internationale instellingen zoals de Europese Commissie of de Verenigde Naties.

De 3de pijler bestaat uit traditionele en door de overheid erkende niet-gouvernementele organisaties (ngo's) en de Belgische universiteiten.

De 4de pijler zijn alle andere vormen. Zo vallen onder meer particuliere initiatieven onder deze pijler.

Collega vierde pijlers

Het Doetertoe: een vierde pijler initiatief voor kinderen met een handicap  
Het Doetertoe is opgezet door Griet Deroo uit Gent. Het is een vierde pijler initiatief ten gunste van kinderen met een handicap in Afrika. De samenwerking spitst zich toe op het JAWA-project in Kenia. JAWA staat voor "just as we are" en is opgericht door de Keniaanse ergotherapeut Lawrence Kimathi Mwiti.

Op de website van Het Doetertoe lees je behartenswaardige standpunten die er van getuigen dat mensen uit het Zuiden ook iets kunnen! Het ontbreekt hen echter dikwijls aan financiële middelen/steun om een initiatief duurzaam uit te bouwen, zo stelt Het Doetertoe. Er wordt dus niet van bovenaf neergekeken op de ‘locals’.

De website bevat enkele bijzondere pagina's. Interessant is bijvoorbeeld de pagina "interessant" waarop je een aantal You Tube filmpjes vindt met betrekking tot handicap in Kenia. En Griet heeft ook een heuse kids-pagina aangemaakt. Daar wordt geen geld gevraagd maar een mooie tekening!

http://www.hetdoetertoe.be

De droom van Linda Balcaen

Linda Balcaen en Geert Dedrie van Cradock vzw
Enkele maanden geleden kwamen Geert Dedrie en Linda Balcaen van Cradock vzw uit Evergem een ijsje eten in het ijssalon van The village. Geert en Linda steunen 2 voorzieningen, één voor kinderen en één voor volwassenen met een verstandelijke beperking, in Cradock, Zuid-Afrika. We spraken af om ideeën uit te wisselen en ik ging bij hen op de koffie.

Nu is het feest in Evergem! Zondag 19 oktober van 14.00 tot 17.00u is het wereldfeest in  Kasteeldomein Wippelgem. Naar aanleiding daarvan konden de plaatselijke vierde pijlers hun droom uitspreken. Linda zit een beetje nerveus voor de camera, maar dat maakt de droom van Cradock des te mooier: www.youtube.com/9940evergem Kijken maar!











Geen opmerkingen:

Een reactie posten