7/20/2014

Jouw kleine 4de pijler en het grote 11.11.11 Een proeve van antwoord op de toekomst-vragen van het 4de pijler panel.

Vorige maand kwam het 4de pijler panel voor de tweede keer bijeen. Het 4de pijler panel is te onderscheiden van het 4de pijler steunpunt. Het steunpunt is een project van de Vlaamse gemeenschap dat tegen subsidies uitgevoerd wordt door 11.11.11 Het 4de pijler panel is een initiatief van 11.11.11 zelf en beoogt de 4de pijlers binnen te loodsen in de structuren van 11.11.11

Op de open bijeenkomst van 21/06 ll. waren zo’n 18 4de pijlers aanwezig –in het 4de pijler steunpunt staan er ruim 500 geregistreerd en er zouden er meer dan 1000, soms spreekt men zelfs van meer dan 2000, zijn in Vlaanderen. Ondanks dit kleine aantal aanwezigen werden er belangrijke vragen opgeworpen over de toekomst van de 4de pijler. Ziehier een proeve van antwoord op die vragen.

1. Wat met naam, imago en zichtbaarheid van de 4de pijler?

4de pijler is geen geschikte naam om te gebruiken naar het grote publiek toe . Wij stellen voor naar het publiek toe een andere naam te gebruiken en meteen ook de 4de pijler beter te definiëren. We willen de 4de pijler liever niet zien als ‘iedereen die niet behoort tot de 1ste, 2de en 3de pijler.’ [1]

De ‘kleine particuliere initiatieven voor ontwikkelingssamenwerking’ of de ‘lokale initiatieven voor ontwikkelingssamenwerking’, die het gros van de vierde pijler vormen, zouden zich best als een aparte groep organiseren en zich niet laten besmetten door andere organisaties.

Onder ‘kleine particuliere initiatieven’ verstaan we organisaties voor ontwikkelingssamenwerking die niet bovenlokaal actief zijn resp. niet kleven aan een moederorganisatie die bovenlokaal actief is. Ze worden gedragen door vrijwilligers. Het ware ook nuttig een bovengrens qua budget af te spreken.

Eens op scherp staat dat we willen samenwerken tussen kleine particuliere initiatieven kunnen we zoeken naar een positieve naam: ‘vrijwilligers zonder grenzen’ bijvoorbeeld, maar het kan ook iets heel anders zijn.

2. Samenwerking en netwerking

Wij zijn voorstander van thematische samenwerking. Zelf is vzw The village lid van Leraars zonder Grenzen (LzG). LzG groepeert onderwijsprojecten.

We zien de volgende fasering:


•Klein particulier initiatief (KPI)P
Uw project
Uw vzw of feitelijke vereniging
•Thematische zonder Grenzen (TzG))
B.v. een onderwijsproject
Leraars zonder Grenzen
•Vrijwilligers zonder Grenzen (VzG)
De verzameling van Thematische zonder Grenzen / alle kleine particuliere initiatieven
Vrijwilligers zonder Grenzen

Samenwerking gaat gemakkelijker tussen 4de pijlers die eenzelfde thema bestrijken. Belangenverdediging ligt misschien beter op het volgende niveau, de federatie van de themaverenigingen.

Het leuke van dit schema is dat 4de pijlers klein mogen blijven, maar door zich te verenigen toch meer slagkracht krijgen!

3. Belangenverdediging / rol en functioneren van het 4de pijler panel

Logischerwijze gaat zo’n federatie van kleine particuliere initiatieven / vrijwilligers zonder grenzen (VzG) zijn eigen belangen verdedigen. Er kan dan nog altijd bekeken worden of ‘Vrijwilligers zonder Grenzen’ (VzG) deel wil uitmaken van 11.11.11. In principe wil VzG dit wel, maar het valt te bekijken onder welke voorwaarden. We moeten dan echt iets te zeggen krijgen binnen 11.11.11 In het verslag van de vergadering van 21/6 voel je zoals steeds het onbehagen van de 4de pijler met vragen rond representativiteit, vertegenwoordiging, besluitvorming,… en finaal waardering van de 4de pijler binnen de 11.11.11 omgeving. Er worden al enkele pistes voor verbetering aangegeven.

4. Fiscale attesten en subsidies

Fiscale attesten moeten kunnen via de ‘thematische zG’ of via de algemene ‘VzG’. Op dit ogenblik is Leraars zonder Grenzen b.v. erkend om fiscale attesten af te leveren voor de projecten die deel uitmaken van de vereniging.

Thematische zG’s zouden toegang moeten krijgen tot subsidies op de hogere echelons: Vlaanderen, België en Europa. Binnen kringen van 4de pijlers en ook bij een aantal waarnemers daar buiten leeft immers zeer sterk het idee dat het rendement van ‘kleine particuliere initiatieven’ per ingezette Euro veel groter is dan dat van NGO’s. Zo belanden we bij het laatste thema: kwaliteit.

5. Kwaliteit

Vanaf 2009 bestaat er een ondersteuning-cel voor de vierde pijler. Dit is een project gesubsidieerd door de Vlaamse overheid dat wordt uitgevoerd door 11.11.11 Deze ondersteuning-cel moet zo vlug mogelijk in handen komen van de 4de pijler zelf!

Kennis over de 4de pijler moet door de 4de pijler zelf worden verzameld! Begeleiding van de 4de pijler moet door de 4de pijler zelf worden beheerd. Expertise wordt dan opgebouwd binnen de 4de pijler zelf die –iedereen erkent het- een vorm van ontwikkelingssamenwerking is met eigen kenmerken en sterke punten.

Ons eigen (gesubsidieerde) steunpunt organiseren heeft ook het voordeel dat 4de pijlers niet langer als kneusjes of premature NGO-tjes worden behandeld, laat staan ‘part of the NGO-business’ worden. Vormingen worden dan niet langer afgeleid van het aanbod voor NGO’s maar krijgen een eigen invulling vanuit de 4de pijler.

Het komt de 4de pijler toe zelf na te denken over kwaliteitscriteria voor 4de pijlers, een beweging die ook binnen Leraars zonder Grenzen is gestart. Ik denk wel dat we het met elkaar eens zijn dat we daarom nog geen ‘techneuten’ hoeven te worden.

Tot slot

Zelf denk ik dat de 4de pijler zich eerst beter moet definiëren en organiseren vooraleer met 11.11.11 in zee te gaan. En dit houdt dus ook in dat we de instrumenten daarvoor –zoals het 4de pijler steunpunt- in eigen handen moeten nemen.

11.11.11 stoot vele 4de pijlers af. Symptomatisch is het optreden van 11.11.11 op lokaal vlak. Zo lezen we in het verslag van 21/6: “sommige gemeentelijke reglementen stellen dat je een bijdrage MOET –in kapitalen gezet door ons- leveren aan de 11.11.11 campagne om in aanmerking te komen voor subsidies.” En in mijn eigen gemeente “vallen GROS en 11.11.11-comité samen”, dixit de GROS.

Lokale ontwikkelingssamenwerking kan echter zoveel meer zijn dan animatie gericht op de ondersteuning van de 11.11.11.-campagne (finaal een fondsenwervingsevenement). Het kan ook zijn: bouwen aan zichtbare projecten in een rechtstreeks contact tussen burgers van hier en gemeenschappen in het Zuiden!




[1] De actoren van de ontwikkelingssamenwerking worden ingedeeld in vier groepen:

De 1ste pijler omvat de ontwikkelingssamenwerking die uitgaat van de overheid, ook wel gevat onder de term 'officiële' of 'bilaterale' ontwikkelingssamenwerking. Ook de gemeenschappen, provincies en gemeenten vallen hier onder.

De 2de pijler is de zogenaamde multilaterale ontwikkelingssamenwerking die uitgaat van internationale instellingen zoals de Europese Commissie of de Verenigde Naties.

De 3de pijler bestaat uit traditionele en door de overheid erkende niet-gouvernementele organisaties (ngo's) en de Belgische universiteiten.

De 4de pijler zijn alle andere vormen. Zo vallen onder meer particuliere initiatieven onder deze pijler.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten